donderdag 6 februari 2020



Krakend monster en kunst op karretjes
Artikel in Den haag Centraal van 6 februari 2020

Oscar Peters maakt imposante kinetische installaties in de Electrischiteitsfabriek, die zich op de rand van kunst en entertainment bevinden. 
Door Margreet Hofland

Het werk van kunstenaar Oscar Peters (1982) moet je zien, horen, voelen en beleven. Met twee enorme dynamische installaties maakt hij een tentoonstelling in de
Electrischiteitsfabriek met de naam ‘Volta’. In het gebouw uit 1906 vormen de originele betonnen constructies, ijzeren trappen en verroeste dwarsbalken een uitgelezen decor voor zijn werk, dat soms theatraal is en een andere keer vol humor zit. “Ik ben het gevecht aangegaan met de architectuur van het pand zelf en heb geprobeerd de omgeving zo te transformeren dat het niet meer op een fabriekshal lijkt, maar ‘Volta’ wordt.”
Peters wil de huidige manier van naar kunst kijken en kunst ervaren, veranderen. Hij is daarnaast gefascineerd door dingen die ‘zogenaamd eng’ zijn zoals horrorfilms of een achtbaan waarin je jezelf vastbindt aan een karretje. “Het gevaar is echt en toch ook weer niet. Het is lachen naar de dood, flirten met gevaar,” zegt hij. “We weten allemaal waar het uiteindelijk heen gaat, maar we zouden moeten leven alsof de dood nooit komt. Ik wil een wereld laten zien met volksvermaak en macabere spektakels en dat combineren met kunst. De scheiding tussen kunst en entertainment heb ik altijd moeilijk gevonden.”

Tempel
De bezoeker komt binnen door ‘Abamacabra’, een scharlakenrode tempel van tien meter hoog, zestien meter diep en zestien meter breed. Een galerij van duizend vierkante meter, geïnspireerd op Japans volksvermaak met praalwagens en feesten ter gelegenheid van hun dodenverering. Bonkende en kloppende geluiden laten het bouwsel kraken en schudden en houden dan plotseling op, waardoor het stiller lijkt dan ooit en er heel even een gewijde sfeer neerdaalt. Maar dan begint het rode gevaar weer te beven en te trillen, alsof je je in de maag van een gigantisch monster bevindt. Het beest zucht en steunt, slokt je op terwijl je verder loopt.
‘The Savage’ op de bovenste verdieping is een houten achtbaan met een lengte van 130 meter, niet voor mensen maar voor karretjes die in dolle vaart kunstwerken vervoeren, een koprol maken en de afgrond in duiken. Het is de meest recente en grootste achtbaan uit een reeks die drie jaar geleden in W139 - een expositieruimte in Amsterdam - begon. Bezoekers kunnen meewerken aan deze installatie. “Het is een nieuwe manier van kunst presenteren. Ik vraag iedereen een kunstwerk te maken dat op een van de karretjes past, niet zwaarder dan tien kilo. Die vliegen dan oneerbiedig door de ruimte. Er zijn vijf karretjes die ik elke week wil veranderen met nieuwe kunstwerken. Iedereen kan een voorstel insturen of een schets meenemen.” Peters is zelf gedurende de hele tentoonstelling aanwezig om verder te bouwen aan zijn installaties, elke vrijdag kun je samen met hem soep eten. Hij gaat dan ook in gesprek met steeds een andere gastspreker.
De tentoonstelling is spectaculair in beleving, maar de installaties laten ook prachtige beelden zien, geaccentueerd door kleur en lichtval. De bouwsels zijn niet alleen inventief, maar ook gewoon erg mooi om naar te kijken.
De Electriciteitsfabriek en Nest werkten samen om deze tentoonstelling te maken. In  het voormalige kantoorpand van de fabriek heeft Nest een vaste tentoonstellingsruimte, waar nu de groepsexpositie ‘Fluid Desires’ te zien is.
Oscar Peters met ‘Volta’ in de Electrischiteitsfabriek tot 22 maart 2020. Openingstijden: vrijdag 16.00-20.00 / zaterdag en zondag 12.00-17.00. Meer informatie www.electrischiteitsfabriek.nl. Insturen voorstel kunstwerk info@nestruimte.nl.


Muzikale conversatie met ijswalvissen
Artikel in Den Haag Centraal van 6 februari 2020

Tristan Visser zond zijn muziek de Noordelijke IJszee in om contact te maken met zingende bultruggen. Luister naar zijn soundscape in Panorama Mesdag.

foto Esther Kokmeijer
Muzikant en filmmaker Tristan Visser (1992) zorgde tijdens een optreden in Museum Panorama Mesdag voor een kippenvelmoment. In het midden van het gereconstrueerde ‘Panorama Nova Zembla’ van kunstschilder Louis Apol (1850 – 1936) liet Visser met eerder gemaakte opnames en live-gitaarspel horen hoe hij communiceerde met ijswalvissen. Hij maakte een reis naar Groenland en speciaal voor het museum componeerde hij de soundscape ‘Nova Zembla. Het geluid van de ijswalvis’, een muziekstuk met onderwatergeluiden uit de Noordelijke IJszee en zijn eigen gitaarspel.
De tentoonstelling met werk van Apol over zijn reis naar Nova Zembla in 1880, is al sinds oktober in Panorama Mesdag te zien. Zijn panorama, een gezicht op de Russische archipel, is met foto’s in een cirkel opgebouwd, vlakbij het beroemde zee-panorama van Hendrik Willem Mesdag. De originele tekeningen van Apol gingen bij een brand verloren. De tentoonstelling wordt tot eind maart verrijkt met de soundscape van Tristan Visser.  
De op Terschelling geboren en getogen Visser reisde net als Apol met een zeilschip naar de Noorpool om te onderzoeken of hij met zijn muziek contact kon maken met de indrukwekkende bultruggen die daar in het ijskoude water leven. De fascinerende dieren die wel 200 Jaar kunnen worden, leven het hele jaar in het Noordpoolgebied. De vraag die Visser zich stelde, was of de walvissen zouden reageren op zijn gitaarspel en of dat dan ook betekende dat ze last hadden van geluidsvervuiling van de industrie op zee. Hij wil hiermee een brug slaan tussen kunst en wetenschap en bewustwording creëren over geluid onder water en de verstoring door de mens op de
onderwaternatuur.

Onaards
Tijdens het liveoptreden gebruikte Tristan Visser een mengpaneel, zijn gitaar en een klein aquarium gevuld met water waarin hij een microfoon liet zakken. Hij probeerde daarmee zoveel mogelijk de situatie na te bootsen die hij op de zeilboot ook had. De microfoon had daar onder water honderd meter bereik. Met zijn elektrische gitaar imiteerde hij geluiden van ijswalvissen en stuurde hij zangerige klanken via een speaker en een onderwatermicrofoon de diepe Noordpoolzee in, vurig hopend op een reactie. Na een paar weken vruchteloos proberen, kreeg hij eindelijk antwoord. De bultruggen gaven onmiskenbaar dezelfde tonen terug die hij uitzond. “Eerst was het frustrerend,” zegt hij. “Elke dag stond ik vroeg op en hing ik de microfoon in het water, en dan maar spelen en wachten. Opeens was er dat moment. Ik zat in een klein bootje, honderd meter van de grote boot vandaan, er zwommen drie bultruggen voorbij en toen kreeg ik het terug. Dat was te gek!”  
De opnames die Visser bij Groenland maakte en die hij nu bij zijn soundscape gebruikt, zijn indrukwekkend. Het ijle zingen van de walvissen is een bijna onaards geluid dat samen met het kraken van het ijs en zijn muziek voor een unieke beleving zorgt. Hij noemt het zelf ‘een muzikale conversatie’. In het museum zal de soundscape gedurende de hele tentoonstelling van Louis Apol te horen zijn.
Tristan Visser maakte tijdens zijn reis ook een film: ‘Onder water – De zoektocht naar het geluidslandschap in zee’. Op 15 en 16 februari wordt deze op NPO2 vertoont. Op 1 maart en bij de afsluiting van de tentoonstelling zal hij nogmaals optreden in museum Panorama Mesdag.

Tristan Visser met ‘Nova Zembla. Het geluid van de ijswalvis’. Tot en met 22 maart in Museum Panorama Mesdag. Meer informatie www.panorama-mesdag.nl

maandag 3 februari 2020



Het moment dat alles verandert

De tentoonstelling ‘Momentum’ laat belangrijke momenten van inzicht en verandering zien.
Artikel Den Haag Centraal van 30 januari 2020

In Museum Voorlinden is voor de vijfde maal een tentoonstelling neergezet die is samengesteld uit de eigen collectie. Het moment van een belangrijke keuze, het beslissende ogenblik waarop alles verandert, is het thema van ‘Momentum’.
De opslag van het museum herbergt duizenden kunstwerken waaruit directeur Suzanne Schwarts en conservator Barbara Bos hun keuze moesten maken. Joop van Caldenborgh, kunstverzamelaar en eigenaar van museum Voorlinden, verzamelt al zestig jaar kunstwerken, waar zij eens in de zoveel tijd doorheen struinen om een nieuwe tentoonstelling te maken. Schwarts en Bos hebben nu hun eigen belangrijke keuzemoment afgedwongen door in vijf dagen deze tentoonstelling samen te stellen. Er is een groot aantal werken naar boven gehaald en neergezet, daarna is pas een definitieve selectie gemaakt. “De dynamiek die ontstond, zorgde voor spanning maar ook voor harmonie. Het is altijd een groot voordeel dat wij op het laatste moment kunnen beslissen, doordat wij uit ons eigen depot kiezen. We hoeven niet jaren van tevoren te reserveren. Soms is het werk pas heel recent gemaakt,” zegt Schwarts.

Animatie   
Een kunstenaar is altijd op zoek naar dat ene moment waarop nieuwe ideeën ontstaan. Bij het maken van een kunstwerk heb je zo’n moment nodig. De tentoonstelling laat zien hoe kunstenaars hun persoonlijke momentum weten te vangen, maar ook hoe zij hun blik richten op de collectieve vraagstukken van deze tijd, hoe klimaatvraagstukken, migratie, politieke en maatschappelijke problemen onze leefwereld beïnvloeden. Kunstenaars beseffen als geen ander dat de wereld aan de vooravond staat van grote veranderingen.
Het eerste werk op de tentoonstelling, een video-animatie van de Nederlander Jacco Olivier (1972) draagt dezelfde titel als de tentoonstelling, ‘Momentum’, en is nog maar net af. Een geschilderde figuur staat twijfelend op een duikplank. Springt hij of springt hij niet? Het is een zelfportret en reflecteert dus de eigen worsteling van de kunstenaar naar het moment van creëren. Olivier gebruikte zijn twijfel als drijfveer om tot een uitkomst te komen. Hij schilderde een reeks figuurtjes van acht centimeter hoogte en maakte daar een animatie van.

Muis
Een hele zaal is gewijd aan het kunstwerk ‘The Prophet’ van Ryan Gander (1976) uit 2018. De zaal lijkt op het eerste gezicht geheel leeg. Vlak boven de grond bevindt zich een verkruimeld gat waaruit een bewegend muizenkopje ons toespreekt met de stem van de negenjarige dochter van de kunstenaar. In een kort betoog, vertelt de muis over onze verstoorde band met technologie en het belang van verhalen vertellen. Het is een vrije interpretatie van de beroemde toespraak van filmster Charlie Chaplin uit ‘The Great Dictator’ (1940). De toeschouwer lijkt door deze presentatie veel ontvankelijker voor de boodschap.
Ook Subodh Gupta (1964) is aanwezig met het kunstwerk ‘Water is in the Pot, and the Pot is in the Water’. Een houten boot is volgepropt met kruiken die ooit gebruikt zijn om water te halen en op het hoofd te dragen. Het werk verwijst naar thema’s als hongersnood, migratie en milieucrisis.
Robin Rhode (1976) is een Zuid-Afrikaanse kunstenaar waar het museum binnenkort een solotentoonstelling mee wil maken. Hij woont in Johannesburg en gebruikt de stad als podium. Rhode organiseert voorstellingen waarbij tekeningen op een betonnen wand wordt gemaakt. Elke stap wordt op de foto vastgelegd. De tekening verdwijnt uiteindelijk achter een gordijn van krijt en verf. Heel veel jonge kunstenaars uit Johannesburg willen zich bij de succesvolle Rhode aansluiten en met hem samenwerken. ‘Momentum’ toont verder werken van onder meer Anish Kapoor, Rineke Dijkstra, Esther Tielemans, Luc Tuymans, Thom van Rijckevorsel en Mona Hatoum.

Momentum’ in Museum Voorlinden. Meer informatie www.voorlinden.nl

Foto met kruiken: ‘Water is in the Pot, and the Pot is in the Water’ van Subodh Gupta
foto: Antoine van Kaam



Twee steden aan het water
Artikel Pulchriblad April 2020

Deze zomer vindt een bijzondere uitwisseling plaats tussen werk van kunstenaars uit Genua en Den Haag. De tentoonstelling met als thema ‘Water en Licht’ zal een hele verdieping van Pulchri Studio in beslag nemen. Ook Pulchrileden worden uitgenodigd om te exposeren.


Palazzo Ducale Genua
 
In 2019 organiseerde curator Virginia Monteverde voor de vierde keer een biënnale in het prachtige Palazzo Ducale in Genua. Het evenement vond plaats in de zomer, tegelijkertijd met de Biënnale van Venetië. In tegenstelling tot de grote manifestatie in Venetië, met heel veel deelnemende landen, nodigt Monteverde steeds maar één land uit. In 2019 was dat Nederland, dat betekent dat de Italianen in 2020 hierheen komen. Het thema van de uitwisseling is ‘Water en Licht’. Zowel Genua als Den Haag liggen aan het water, het Haagse licht is door Mesdag beroemd geworden, dus wat lag meer voor de hand dan voor Den Haag te kiezen? En kom je naar Den Haag, dan kom je natuurlijk al snel terecht in de mooie expositieruimte aan het Lange Voorhout: Pulchri Studio.
Een viertal galeries uit de Randstad doet mee met de uitwisseling, waarvan Livingstone gallery in de Anna Paulownastraat de enige Haagse galerie is. Jeroen Dijkstra, eigenaar van Livingstone galerie is contactpersoon. Hij deed het voorstel om in Pulchri Studio te exposeren. “De locatie en de zalen van Pulchri hebben een soortgelijke uitstraling als het oude stadspaleis in Genua,” zegt hij. “We hebben in 2019 daar meegeholpen met het transport en de inrichting van de tentoonstelling. Dat ging echt op z’n Italiaans. Maandag kwamen we aan en donderdag was de opening. Alles moest nog georganiseerd worden. We hebben toen nachtenlang doorgewerkt en de hele dag kwamen er pizza’s en pasta langs. Maar dat geeft ook een band, de sfeer was geweldig. Iedereen heeft maar één doel voor ogen en dat is de kunst.”

Levende doden
De tentoonstelling van hedendaagse kunst zal in alle drie de zalen van de eerste verdieping van Pulchri Studio plaats vinden. In totaal doen zestig kunstenaars mee, dertig uit elk land. De curator heeft rekening gehouden met een gelijke verdeling van mannelijke en vrouwelijke kunstenaars. Het werk is heel divers, buiten foto’s en schilderijen zullen er installaties, beelden en video-performances getoond worden.
“Een aantal van de deelnemende kunstenaars zal hetzelfde zijn als in 2019 in Genua, maar met recenter werk,” zegt Dijkstra. “Vanuit onze galerie doen Aaron van Erp, Theo Eissens, Ingrid Simons en Raquel Maulwurf mee. Tegelijkertijd zal er ook hier in de galerie werk van hen te zien zijn met als aanvulling de Italiaanse kunstenaar Daniele Galliano.”
Galliano hing in 2009 met zijn werk in het Italiaanse paviljoen op de Biënnale van Venetië. Hij maakt schilderijen van huizen met zijn bewoners. De figuren staan op balkonnetjes of hangen over de omheining. Als ze verhuizen naar andere steden laten ze overal hun sporen achter. Die sporen wil hij vastleggen. In zijn meest recente werk ‘Morti Viventi’, de levende doden, laat hij ook de bewoners uit het verleden zien en brengt ze weer tot leven, als geesten die nog steeds in en om hun huis rondwaren.
Raquel Maulwurf had in 2017 een solotentoonstelling in het Kunstmuseum, ze maakt grote houtskooltekeningen, soms realistisch, soms bijna abstract. In Genua hing haar zwart-witte zee ‘Black sea XII’. Haar werk gaat onder andere over hoe de wereld eruit ziet na een ecologische ramp. Ingrid Simons schildert landschappen en wil de kracht van de natuur weergeven. Aaron van Erp kiest gruwelijke onderwerpen uit voor zijn werk en voegt daar humor aan toe. De in 2015 overleden Theo Eissens combineerde fotografie met geometrische vormen.
In Pulchri zal, buiten de kunstenaars die aan de biënnale meedoen, ook nog een aantal kunstenaars van de vereniging zelf exposeren, op uitnodiging van curator Monteverde. Wie dat zijn, is nog niet bekend, wel moet het werk met het thema ‘Water en Licht’ te maken hebben.

‘De Italianen’, van 30 mei t/m 21 juni 2020 in de Mesdag- , Hardenberg- en Weissenbruchzaal.


  Savery, een meester in het observeren   Roelant Savery werd onder meer bekend met zijn schilderijen van de uitgestorven dodo. Met zijn b...