dinsdag 28 november 2023

 

Invoering boekdrukkunst in Indonesië zorgde voor verzet

 

De tentoonstelling ‘Gordel van papier’ in Huis van het Boek vertelt over de opkomst van het gedrukte boek in Indonesië en de gevolgen daarvan.

Door Margreet Hofland voor Den Haag Centraal

Huis van het Boek heeft op dit moment een tentoonstelling voor echte fijnproevers met interesse voor de geschiedenis van Indonesië en de rol van boeken daarin. ‘Gordel van papier’ verwijst natuurlijk naar ‘Gordel van smaragd’, de naam die schrijver Multatuli (Eduard Douwes Dekker) ooit bedacht voor Nederlands-Indië. De tentoonstelling gaat over de opkomst van het gedrukte boek in de periode 1816-1957. In de vitrines liggen bijzondere en zeldzame drukwerken uit die periode.

Na de kolonisatie van Indonesië in 1816 kreeg het gedrukte boek steeds meer invloed, maar dat had twee kanten. De eerste boeken waren afkomstig van de overheid en van zendelingen die daarmee hun invloed in de archipel wilden versterken. Vanaf eind 19e eeuw begonnen Indonesiërs ook zelf pamfletten te drukken, vaak met teksten die tegen de Nederlandse overheersing propageerden en die aantonen dat het verlangen naar een vrij Indonesië al lang voor de Indonesische revolutie onder de bevolking leefde.

 




Boombast

Indonesië bestaat uit 17.508 eilanden, in 1816 werden er nog ongeveer 700 verschillende talen en dialecten gesproken, er bestonden diverse schriftsoorten. In de eerste zaal van de tentoonstelling liggen handschriften die laten zien hoe de boekcultuur was vóórdat de Nederlanders kwamen. Het oudste manuscript, een zogenaamde pustaha, bevat informatie over rituelen en wetten, ze werden door priesters gebruikt om de toekomst te voorspellen. De letters zijn in verticale rijen in het Bataks onder elkaar geschreven. Het manuscript bevat veel illustraties en ligt opengeslagen op een pagina met tekeningen van springende kippetjes.

Nederland zag de productie van boeken en pamfletten van de Indonesiërs met lede ogen aan. Daarom werd in de jaren dertig van de 20ste eeuw begonnen met een reizende bibliotheek, een Nederlands-koloniaal initiatief om het boekenaanbod aan de Indonesiërs te beheersen. Deze bibliotheek zorgde ervoor dat er schoolboeken en boeken voor ontspanning kwamen op plaatsen waar geen boekwinkels waren.

 

Racisme

Er bestonden twee verschillenden wetboeken: een voor inlanders en een voor de Indo-Europeanen. Ook in prentenboeken voor kinderen kwamen racisme en discriminatie voor. De lesboeken waren vaak door tekenaars geïllustreerd die nog nooit in Indonesië geweest waren, de Indonesiërs kregen soms een veel te donkere huid. Op het oer-Nederlandse leesplankje uit 1930 werd de B van bok in de Indonesische versie de B van baboe, de Indonesische kinderoppas die bijna ieder Nederlandse gezin in dienst had. De keurig nette kinderen op het leesplankje heetten Gijs en Jaap en waren blank. Het ‘Nieuw Indisch ABC’ uit 1925 werd aangepast aan de koloniale maatschappij en richtte zich op het Nederlands(-Indische) kind. Het boek vermeldt: ‘M is de manga zo sappig en zoet’ en: ‘N is een neger die zwart ziet als roet’. Er is ook een ‘Nederlands-Indonesisch oorlogsspel’ uit 1903 op de tentoonstelling te vinden. Als op een soort ganzenbordspel ga je door de Atjehoorlog heen, in 99 stappen.

 

De Gelaarsde Kat

Op een geprivilegieerde groep na, kregen Indonesische kinderen geen Nederlandstalig onderwijs. Zij leerden Maleis. Dat was niet alleen praktisch, maar ook een politieke keuze. Er waren te weinig leraren, maar ook leefde het idee dat de scheiding in taal duidelijk maakte wie de heersende partij was. De beheersing van het Nederlands was een machts- en prestigekwestie. Men vond dat het leren van de Nederlandse taal toegang tot westerse kennis en recente ontwikkelingen in de wereldpolitiek gaf en daarmee zou de onafhankelijkheid binnen handbereik kunnen komen.

Er kwamen leesboeken in het Maleis, zoals ‘De Gelaarsde Kat’ en ‘Odysseus’. Daarnaast leerden Indonesische kinderen over Hollandse klederdracht, alsof dat voor hen belangrijk was. In 1928 wordt het Bahasia Indonesia (een vorm van Maleis) uitgeroepen tot de taal van een mogelijk onafhankelijk Indonesië.

Vanaf het moment dat in Nederland de Tweede Wereldoorlog uitbreekt, is er geen contact meer mogelijk tussen de kolonie en Nederland. In het toenmalig Nederlands-Indië verscheen nog wel ontspanningslectuur in het Nederlands, voor degenen die de ellende even wilden vergeten. Na 1957 kwamen alle Nederlandse uitgeverijen in Indonesische handen terecht.

 

‘Gordel van papier’ t/m zondag 25 februari in Huis van het Boek. Meer informatie www.huisvanhetboek.nl




 

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Laat hier uw reactie achter.

  Savery, een meester in het observeren   Roelant Savery werd onder meer bekend met zijn schilderijen van de uitgestorven dodo. Met zijn b...