Savery, een meester in het observeren
Roelant Savery werd onder meer bekend met zijn schilderijen van de uitgestorven dodo. Met zijn bloemstillevens was hij een pionier in de Nederlandse schilderkunst.
‘Roelant
Savery (1578-1639) was een alleskunner in de kunst’, schrijft Ariane van
Suchtelen, conservator van het Mauritshuis. De tentoonstelling ‘Roelant
Savery’s wonderlijke wereld’ toont uiteenlopende onderwerpen, soms in
verschillende stijlen geschilderd. Het is iets dat opvalt tijdens het kijken
naar zijn werk. De kunstenaar is een geweldige tekenaar met geheel eigen anekdotische
typeringen, maar zijn werk doet hier en daar ook denken aan dat van collega-kunstenaars
als Pieter Bruegel de Oude en Hieronymus Bosch. Wellicht zal het verblijf van de
schilder aan het Habsburgse hof van keizer Rudolf II (1652-1712) in Praag daar
invloed op hebben gehad. De keizer was een groot liefhebber van de Vlaamse kunstschilder
Bruegel, dat was wellicht ook een van de redenen dat hij Savery uitnodigde om voor
hem te komen werken.
Dodo
Savery
werd middenin de Tachtigjarige Oorlog geboren in Kortrijk (West-Vlaanderen). Op
de vlucht voor de Spanjaarden kwam hij met zijn familie in Haarlem terecht, drie
jaar later verhuisden ze naar Amsterdam. Roelant Savery leerde het schildersvak
van zijn oudere broer en werd al op jonge leeftijd in Praag ontboden. Ruim tien
jaar - van 1603 tot 1613 - werkte hij in opdracht van keizer Rudolf. Ongetwijfeld
zal het turbulente leven aan het hof een enorme indruk op de jonge kunstenaar hebben
gemaakt. Hij ontmoette er de belangrijkste kunstenaars en wetenschappers van
zijn tijd. De keizer was een verwoed verzamelaar, hij had een dierentuin met duizenden
exotische dieren en volières met uitheemse vogels. In zijn rariteitenkabinet bewaarde
keizer Rudolf opgezette exemplaren en fossielen. De inmiddels uitgestorven dodo
uit zijn verzameling komt veelvuldig voor op de schilderijen van Savery, velen
zagen de vogel zo voor de eerste keer.
Tuinen
Een
ander specialisme van Savery was het schilderen van bloemen. In 1603,
waarschijnlijk vlak voor zijn vertrek naar Praag, schilderde hij ‘Bloemstuk met
twee hagedissen’, dat nu bekend staat als een van de eerste zelfstandig
geschilderde bloemstillevens uit de Nederlandse kunstgeschiedenis. Pas daarna werden
bloemstillevens populair. In de tuinen van keizer Rudolf vond Savery alle
bloemen die hij zich kon wensen. Hij maakte een aantal schilderijen met
tientallen verschillende soorten en voegde insecten en vogels toe. De bloemen
zouden nooit tegelijkertijd kunnen bloeien en de dieren zouden onmogelijk met
elkaar samen kunnen zijn, maar die artistieke vrijheid stond de schilder
zichzelf toe.
Watervallen
Keizer
Rudolf gaf Savery de opdracht om het landschap van Tirol vast te leggen en zo begon
zijn ontdekkingsreis door de bergen. Savery trok er met zijn schetsboekje op
uit om alles wat hij zag te tekenen. Hij was een meester in het observeren. Met
krijt tekende hij watervallen, bomen en rotsen, om zijn schetsen later in het
atelier uit te werken. Deze directe observatie van de natuur was een nieuw
fenomeen in die tijd.
De
schilder zette graag menselijke figuurtjes in zijn werk, ook wel om de
grootsheid van de natuur te benadrukken. Hij was een van de eersten die mensen
tekende zonder dat zij voor hem poseerden en gaf hen weer in hun dagelijkse
bestaan. De inwoners van Praag werden buiten op straat, ongemerkt en meestal van
achteren door hem getekend, om hun priemende ogen te ontwijken. In de kantlijn
maakte hij aantekeningen over de kleuren van hun kleding om dat later in zijn
schilderijen te verwerken.
Orpheus
Drie
jaar na zijn terugkeer in Nederland betrok Savery een woning in Utrecht waar hij
zelf een bloementuin aanlegde en waar ook collega-schilders graag kwamen tekenen.
Hij legde zich toe op bloemstillevens en fantasielandschappen. Op ‘Antieke ruïnes
in een gefantaseerd landschap’ zien we overblijfselen uit de oudheid, waartussen
kleine figuren hun vee hoeden. In de verte glijden droomachtige schepen over
het blauwe water. Ook het thema ‘Orpheus en de dieren’ komt vaak terug in zijn werk,
het lijkt een excuus om zoveel mogelijk dieren samen in één schilderij bij
elkaar te kunnen zetten. Op bijna al zijn dierstukken zijn paarden te vinden,
vaak geïdealiseerd. Op ‘Twee paarden en twee stalknechten’ heeft het witte
paard lange krullende manen tot op de grond, de raspaarden zien er elegant maar
onwerkelijk uit.
De
laatste jaren van zijn leven kreeg Savery als gevolg van zijn alcoholverslaving,
mentale problemen. In benevelde toestand ondertekende hij valse
schuldbekentenissen. In 1638 hij ging failliet en een jaar later stierf hij.
‘Roelant
Savery’s wonderlijke wereld’ tot en met zondag 19 mei in het Mauritshuis. Meer
informatie www.mauritshuis.nl
Er zijn meer foto’s op te vragen via pressoffice@mauritshuis.nl